• De wachttijd tot de operatie is niet precies te zeggen, maar bedraagt momenteel enkele maanden. De casemanager kan u inlichten wat de geschatte wachttijd is op het moment dat u weet dat u in aanmerking komt voor DBS. 

  • Als uw batterij leeg of bijna leeg is (uw patiënten programmeer apparaat geeft de melding ERI), kunt u contact opnemen met Mw. N. Bakker, casemanager. Zij plant met u een vervanging van de batterij.

  • U kunt gebruik maken van de regeling familie accommodatie MUMC en een kamer huren tegenover het ziekenhuis.
    Om te reserveren of meer informatie hierover kunt u contact opnemen met het service bureau Tel 043-3875252. De kosten voor verblijf in of rondom Maastricht zijn voor eigen rekening. 

  • De leeftijdsgrens voor DBS ligt tussen de 70 en 75 jaar. Echter er zijn vele andere factoren als uw algehele gezondheid die een rol spelen in de afweging  en leeftijd is dus arbitrair.

  • Een MRI –scan is in het algemeen niet toegestaan. In het MUMC+ is het maken van een MRI van het hoofd wel toegestaan onder strikte regels. Daarom is het ook alleen mogelijk een MRI te laten verrichten in het MUMC+ na/in overleg met de behandelend  bewegingsstoornissen neuroloog alhier of de neurochirurg alhier.

  • U mag vliegen met DBS. Wel moet u rekening houden met de screening door een metaaldetector bij luchthavens. Wanneer u zich in de buurt bevindt van apparaten die een sterk magnetisch veld uitstralen kan er een interferentie met uw apparaat optreden. Dit kan zich uiten in het voelen van een lichte tinteling of het uitschakelen van uw stimulator. Echter de kans dat dit optreedt met de huidige geïmplanteerde neurostimulator is zeer gering.

    Om problemen te voorkomen, is het verstandig het pasje waarin vermeld staat dat u een neurostimulator heeft, altijd bij u te dragen. Dit pasje krijgt u bij ontslag uit het ziekenhuis mee.

    • Warmteapplicatie bij fysiotherapeutische behandelingen
    • Diathermie (diathermie kan ook worden gebruikt bij uw tandarts)
    • Korte golftherapie
    • Bij een eventuele operatie en / of onderzoeken moet gebruik gemaakt worden van bipolaire coagulatie. (Absoluut geen monopolaire coagulatie!). Verder wordt geadviseerd de stimulatie altijd uit te zetten.
    • Als u een hartfilmpje moet laten maken kunt u met uw programmeerapparaat (indien u dit heeft) uw stimulator uitzetten zodat de uitslag van dit hartfilmpje niet wordt verstoord.

    Wanneer u zich in de buurt bevindt van apparaten die een sterk magnetisch veld uitstralen, zoals elektriciteitscentrales, radio zend- of ontvanginstallaties, kan er een interferentie met uw apparaat optreden. Dit kan zich uiten in het voelen van een lichte tinteling of het uitschakelen van uw stimulator. Echter de kans dat dit optreedt met de huidige geïmplanteerde neurostimulator is zeer gering.

    Om problemen te voorkomen, is het verstandig het pasje waarin vermeld staat dat u een neurostimulator heeft, altijd bij u te dragen.

    • Bloeding in de hersenen: dit betreft minder dan 2% van de gevallen. Hier worden zowel bloedingen mee bedoeld, die alleen op beeldvorming te zien zijn en dus geen uitvalsverschijnselen geven, als bloedingen die een verlamming of andere uitvalsverschijnselen kunnen geven.
    • Een infectie: de kans op een infectie bedraagt minder dan 2%. Om dit risico zo klein mogelijk te maken, krijgt u tijdens en gedurende 24 uur na het inbrengen van de elektrodes antibiotica.
  • Deze zijn afhankelijk van de plek in de hersenen waar gestimuleerd gaat worden en dus ook van uw aandoening. Bij bewegingsstoornissen (ziekte van Parkinson, tremor en dystonie) kan de stimulatie bijwerkingen veroorzaken zoals problemen met het openen van de ogen, dubbelzien, tintelingen, en onwillekeurige bewegingen. Deze kunnen worden opgeheven door het aanpassen van de instellingen van de stimulator. De stimulatie kan ook veranderingen in het gedrag, zoals een verhoogde impulsiviteit en dadendrang, veroorzaken bij stimulatie van de STN.

    Als dit het geval is, kan de neuroloog/psychiater de stimulatieparameters aanpassen. Soms is dit nadelig voor het gunstig effect op de motorische verschijnselen. Met andere woorden er moet dan een compromis gezocht worden tussen een goed effect op de symptomen, met zo weinig mogelijk effecten op het gedrag.

    Een DBS bij epilepsie kan een nadelig effect geven op de stemming. Laat uw behandelend neuroloog weten wanneer u zich somber of depressief voelt. Een aanpassing van de stimulatieparameters kan dan verbetering geven.

    Onvoldoende effect op spraak en evenwicht: het effect van subthalamische stimulatie bij de ziekte van Parkinson op spraak en evenwichtsstoornissen is onvoorspelbaar. Bij sommige patiënten is er een verbetering van deze symptomen, terwijl er bij andere patienten geen effect is. Bij thalamische stimulatie kan er een negatief effect zijn op de spraak en de balans bij hogere stimulatieparameters. 

  • Bij het plaatsen van de pacemaker onder de huid krijgt u algehele anesthesie. Ernstige complicaties of bijwerkingen komen na anesthesie bijna niet meer voor. Toch kunt u last krijgen van misselijkheid, braken en keelpijn. De verschijnselen verdwijnen meestal binnen enkele dagen. 

dbs
Sluit de enquête