Voortraject

Een cochleaire implantatie is een ingrijpend proces waar veel bij komt kijken. Het is niet te vergelijken met het aanpassen van een ‘gewoon’ hoortoestel. Daarom vinden er bij nieuwe CI-kandidaten uitgebreide vooronderzoeken plaats. Deze vooronderzoeken hebben als doel na te gaan of uw kind een geschikte CI-kandidaat is. Meer details over de verschillende vooronderzoeken en gesprekken vindt u verderop.

Hieronder is een overzicht te zien van de verschillende stappen die men doorloopt tijdens het voortraject.  Klik op de verschillende stappen voor meer informatie.  

  • Nadat het kind is aangemeld wordt er een uitnodiging gestuurd voor het eerste CI-spreekuur. Dit spreekuur vindt plaats op de poli Keel-, Neus- en Oorheelkunde en het audiologisch centrum van het Maastricht UMC+. Tijdens dit spreekuur wordt door de audioloog, de CI-coördinator en eventueel de KNO-arts uitleg gegeven over de mogelijkheden en beperkingen van cochleaire implantatie. Er wordt uitgelegd welke onderzoeken zullen gaan plaatsvinden. Naar aanleiding van dit gesprek worden vervolgafspraken gemaakt. De ouders en hun kind maken kennis met de coördinator van het CI-kinderteam die hun contactpersoon zal zijn.

    • Beeldvorming:
      Er zal een CT-scan van het slakkenhuis gemaakt worden. Dit onderzoek heeft als doel afwijkingen aan het slakkenhuis uit te sluiten. Indien nodig kan dit onderzoek onder narcose plaatsvinden. Mocht de CT-scan onvoldoende informatie geven dan kan een MRI-scan volgen.
       
    • Audiologisch onderzoek:
      Audiologische gegevens worden opgevraagd bij de verwijzer en indien nodig vindt er nog een bijkomend gehooronderzoek plaats in het MUMC+.
       
    • Evenwichtsonderzoek:
      Vlakbij het slakkenhuis bevindt zicht het evenwichtsorgaan. Het bestaat uit drie halfcirkelvormige kanalen en twee blaasjes. Het evenwichtsorgaan is met dezelfde vloeistof gevuld als het binnenoor. Daarom gaan gehoorafwijkingen soms gepaard met evenwichtsklachten. Een evenwichtsonderzoek is daarom onderdeel van de vooronderzoeken voor een CI.  Het onderzoek is kindvriendelijk en uw kind wordt er doorgaans niet duizelig van.
       
    • Intakegesprek bij de maatschappelijk werker:
      Er volgt een gesprek met de maatschappelijk werker om te kijken wat de problemen in het gehoor betekenen voor het dagdagelijks functioneren van uw kind en de impact ervan op uw gezin. Hoe gaat het op school? Hoe maakt uw kind contact met leeftijdsgenootjes? En welke rol heeft een beperkt gehoor in het leven van uw kind en uw gezin? De maatschappelijk werker kijkt samen met jullie naar wat jullie verwachtingen zijn van het CI en bespreekt met u of deze verwachtingen reëel zijn.
       
    • Aanvullende onderzoeken/informatie:
      In sommige gevallen kan het zo zijn dat er extra informatie nodig is van bijvoorbeeld school of andere professionals, om goed te kunnen inschatten hoe we het beste kunnen samenwerken. In enkele gevallen kan het zo zijn dat wij verdiepend onderzoek willen doen naar het functioneren van uw kind en dat wij hiervoor een psychologisch onderzoek aanvragen. Wij zullen dit ten alle tijden met u overleggen en hiervoor toestemming vragen.
  • Het CI-team bestaat uit een KNO-arts, audioloog, psycholoog, maatschappelijk werker en de coördinator van het CI-kinderteam. Het team heeft nauwe banden met de vroegbegeleidingsdienst en neemt contact op met school zo nodig.  Dit multidisciplinaire team bespreekt de onderzoeksresultaten en bepaalt of we verwachten dat het kind een meerwaarde van een CI zal hebben. 

  • Tijdens dit spreekuur wordt het advies van het CI-team besproken. Wanneer dit positief is en ouders gaan akkoord, wordt het kind op de operatielijst geplaatst en wordt er een afspraak gemaakt bij anesthesie.  Indien het kind niet in aanmerking komt voor een CI of wanneer de ouders niet akkoord gaan met implantatie wordt samen met de ouders besproken welke hulp verder nodig is.

  • Tijdens het derde CI-spreekuur wordt meer uitleg gegeven over de operatie en wordt (wanneer van toepassing) de keuze van het CI-merk besproken. Ook geeft de coördinator van het CI-team informatie over de periode na operatie en het revalidatietraject.

Sluit de enquête